Wie is Frans Snijders
Frans Snijders (1579-1657) was een Antwerpse tekenaar en schilder. Hij heeft vooral naam gemaakt als stilleven- en dierenschilder tijdens de eerste helft van de 17de eeuw. Zijn scherpe oog, zijn kennis van de natuur en zijn originele composities vormden voor vele kunstenaars een inspiratiebron tot diep in de 19de eeuw. Hij huwde in 1611 met Margriete de Vos (?-1647), de zus van de dierenschilder Paul (1595-1678) en de portretschilder Cornelis de Vos (1584-1651). Vanaf 1622 woonden Frans en Margriete in de Keizerstraat. Ze kochten er de patriciërswoning De Fortuyne. Het echtpaar Snijders was er voor bijna twintig jaar het burenstel van Nicolaas Rockox.
Zijn loopbaan
Frans was een leerling van Hendrick van Balen I (1573-1632) en Pieter Brueghel II (1564-1638). Maar belangrijker voor Snijders was de ontmoeting met Jan Brueghel I (1568-1625), de broer van Pieter Brueghel II. Jan had veel meer dan zijn broer aandacht voor het detail, een talent dat ook Snijders bezat. Jan werd Frans’ mentor. Snijders was op zijn beurt de leermeester van Joannes Fijt (1611-1661). Frans werd in 1602 vrijmeester in het Antwerpse Sint-Lucasgilde. In 1628 werd hij aangesteld als deken van dat gilde. Snijders verbleef van 1608 tot 1609 in Italië waar hij in Rome en Milaan werkte. Hij vestigde zich daarna in Antwerpen waar hij zich ontpopte tot stilleven- en dierenschilder en meester van machtige jachttaferelen. In de jaren 1640 reisde hij meerdere malen naar de Noordelijke Nederlanden om er kunstwerken te maken.
Zijn kunst
Snijders spreidde in zijn schilderkunst een grote variatie tentoon en experimenteerde met nieuwe thema’s. Hij werkte marktstukken uit, gaf stillevens een barokke toets en schilderde opmerkelijke jachttaferelen vol dynamiek. Dieren, dood of levend, hij wist ze zeer realistisch te penselen. Maar ook de tactiliteit waarmee hij voorwerpen in zijn composities wist weer te geven, is frappant. De opbouw van zijn schilderijen is geometrisch en bewaakt het evenwicht tussen kleur en vormgeving. Snijders werd vaak gevraagd door andere kunstenaars om stillevens en dieren in hun werken te integreren. Zo werkte hij onder meer samen met Abraham Janssens (1567-1632), Cornelis de Vos (1584-1651), Jacques Jordaens I (1593-1678) en Peter Paul Rubens (1577-1640). Dat hij al snel succes kende en zijn verdere leven hoog op de sociale ladder stond, bewijst onder meer de aankoop van zijn woning in de Keizerstraat. Snijders was niet enkel een bekende in Antwerpen, maar eveneens een gevraagd schilder in Engeland. Ook de aartshertogen Albrecht en Isabella bezaten werk van Snijders.
Zijn samenwerking met Peter Paul Rubens
Frans Snijders had een zeer goede band met Rubens. Van deze meester leerde hij vooral het dramatische gehalte in zijn schilderijen op te drijven en zijn doeken ook monumentaler te maken, wat op impressionante wijze de dramatiek nog meer in de verf zet.
Frans en Peter Paul vertoefden in 1608 in Italië, wellicht hebben ze elkaar daar al ontmoet. Ze werkten in ieder geval later meerdere keren samen. Van 1636 tot 1638 schilderde Snijders samen met andere kunstenaars (onder wie Cornelis de Vos) onder toezicht van Rubens aan de mythologische decoraties van het jachtpaviljoen Torre de la Parada van koning Filips IV nabij Madrid. Snijders maakte er 60 jachttaferelen en dierstukken voor. Snijders en Rubens kregen in 1639 bijkomend de opdracht van Filips IV om nog 18 schilderijen te leveren.
Zijn vriendschap met Nicolaas Rockox
Snijders kon goed met Nicolaas Rockox opschieten. Ze hadden beiden een kunstverzameling. Rockox bezat een 80-tal schilderijen waaronder een stilleven van Snijders, een ‘mandeken met druiven’. De burgemeester had zijn naam als oudheidkundige al gemaakt en zal Frans Snijders wellicht geholpen hebben toen hij zich in 1616 vijf gipsen afgietsels aanschafte uit de nalatenschap van Cornelis III Floris, waaronder bustes van Marcus Aurelius en Hercules. Die aankopen wijzen op zijn belangstelling voor de klassieke oudheid en voor het neostoïcisme dat de humanist Justus Lipsius gestalte gaf. Snijders en Rockox hebben zich onafhankelijk van elkaar in 1621 laten portretteren door Antoon van Dyck, wat wijst op hun beider belangrijke status. Snijders werd uitgenodigd door Rockox om de laatste codicil bij diens testament als getuige te ondertekenen. Ten slotte hebben ze beiden voor de Minderbroederskerk als laatste rustplaats gekozen. Zijn Rockox en Snijders al meer dan 400 jaar overleden, hun huizen blijven getuige van een boeiend stukje Antwerpse geschiedenis.